In het Nederlands strafrecht zijn regels vastgelegd waaraan iedereen die zich binnen de grenzen van het land begeeft zich moet houden. Bij overtreding van de wetten van het strafrecht wordt je door de overheid bestraft. De overheid wordt vertegenwoordigd door het Openbaar Ministerie. Het strafrecht is dus niet iets wat alleen speelt tussen een dader en een slachtoffer. Het is een zaak tussen de dader en de samenleving.
Wanneer geldt het strafrecht?
Strafrecht wordt onderverdeeld in drie vormen: het algemeen strafrecht, het economisch strafrecht en het jeugdstrafrecht. Voor alle vormen van strafrecht gelden andere regels. Er zijn twee soorten strafbare feiten: lichtere feiten noemen we overtredingen en zwaardere strafbare feiten zijn misdrijven. In de wet staat welke straf een rechter maximaal mag geven voor een strafbaar feit. Een rechter hoeft zich hier niet per se aan te houden en kan wel een lichtere straf opleggen, maar geen zwaardere.
Procedure binnen het strafrecht
Slachtoffers van een strafbaar feit binnen het strafrecht doen aangifte tegen de verdachte bij de politie. Het Openbaar Ministerie kan dan tot vervolging overgaan en er volgt een strafzaak. Er zijn verschillende typen rechters die kunnen rechtspreken binnen het strafrecht. Zo is er de kantonrechter, voor kleine zaken, voornamelijk overtredingen, de politierechter, voor eenvoudige strafzaken waarbij slechts één rechter zitting heeft en de meervoudige kamer, waar drie rechters zitting hebben. Een verdachte doet er vaak goed aan om een advocaat in de arm te nemen, omdat het strafrecht erg ingewikkeld is en grote gevolgen voor iemands leven kan hebben.